2025.02
Separate issue

2025.02

€ 15
(price Belgium)
€ 22
(price Europe)
€ 30
(price outside Europe)

* Luc Lannoo: De familie Berger — orgelbouw in het 18de-eeuwse Kust-Vlaanderen
* Léon Berben: Het 15de-eeuwse orgel in Ostönnen (D)
* Roland Galtier:  Ontwikkelingen in het restauratiebeleid — 5. Frankrijk
* Verder:  Recensies | Zomerorgelconcertenagenda | Overzicht inhoud internationale orgeltijdschriften

Order

De orgelbouwers Berger waren actief in de kuststreek van Vlaanderen (het huidige België) in de 18e eeuw. Afkomstig uit het zuiden van deze regio (het huidige Frankrijk), vluchtte Jacob Berger voor de Franse bezetting en vestigde zich in Brugge. De lezer zal ontdekken dat het volledige verhaal van dit orgelbouwatelier sterk werd beïnvloed door de politieke onrust in dit slagveld van Europa.
De familie Berger kan worden beschouwd als de opvolgers van Jacob van Eynde en andere orgelbouwers uit de kust-Vlaamse traditie. Dat blijkt uit de regionale spreiding van hun activiteiten, uit tal van technische details van hun bouwmethodes, uit de legering die ze gebruikten voor hun pijpwerk en uit de klankkwaliteit van hun instrumenten: die is breed en vocaal, met prominente grondtonen.
De orgelbouwers Berger waren vrij onbekend. Helaas zijn niet veel van hun instrumenten in een aanvaardbare of volledige staat bewaard gebleven. Van de eerste generatie springt het orgel van Uitkerke eruit, van de tweede generatie die van Slijpskapelle en Zevekote, en van de laatste generatie de orgels van Zuienkerke, Meetkerke en het doksaalorgel van de Abdij van de Duinen in Brugge.
Ze waren ook weinig geliefd, omdat orgelkenners steeds weer discussieerden over en lof toezwaaiden aan de Rococo-orgelbouwers Van Peteghem uit Gent.
Dit artikel wil dat rechtzetten. De Berger-orgels zijn van hoge kwaliteit en de bouwers Berger zijn ware erfgenamen van de kust-Vlaamse traditie.

____________


The Berger organ builders were active in the coastal region of Flanders (contemporary Belgium) in the 18thcentury. Coming from the south of this region (contemporary France), Jacob Berger fled the French occupation and settled in Bruges. The reader will discover that the entire story of this organ building workshop was heavily influenced by the political troubles in this battlefield of Europe.
The Berger family can be considered the successors of Jacob van Eynde and other organ builders of the Coast-Flemish tradition. That is reflected in the regional spread of their activities, in numerous technical details of their building procedures, in the alloy used for their pipework and in the sound quality of their instruments: it is broad and vocal and has prominent fundamental tones.
The Berger organ builders were rather unknown. Unfortunately, not many instruments of theirs have been preserved in an acceptable or complete condition. Of the first Berger generation the organ of Uitkerke stands out, of the second generation the organs of Slijpskapelle and Zevekote, and of the last generation the organs of Zuienkerke, Meetkerke and the loft organ of the Abbey of the Dunes in Bruges.
They were unloved as well, because organographers kept discussing and praising the Rococo Van Peteghem organ builders from Ghent.
The present paper wants to put this right. The Berger organs are of high quality and the Berger builders are true descendants of the Coast-Flemish tradition.